Naar hoofdinhoud Naar footer

Leren op meerdere zorg- en welzijnslocaties bij ROC Friese Poort

ROC Friese Poort ontwikkelt een praktijkroute ‘Leren op Locatie’ waarin het leren in de praktijk een groter aandeel heeft dan normaal. Daarbij zorgt de praktijkroute ervoor dat studenten niet te veel gevormd worden door één instelling. Zo mogen studenten wisselen van locatie en maximaal een jaar op één locatie stage lopen.

Het toenemend tekort aan zorgmedewerkers maakt een andere manier van onderwijs noodzakelijk. ROC Friese Poort is daarom een van de vier mbo’s die meedoen aan het onderzoek ‘Zorg voor de toekomst’. Hierin wordt een scenario voor praktijkroutes ontwikkeld: een combinatie van leren en praktijk op de werkvloer. Naast dat deze vorm aantrekkelijk is voor studenten, zorgt het er ook voor dat opleidingen beter aansluiten op vraagstukken die in de praktijk spelen. In dit portret staan we stil bij de belangrijkste kenmerken en de effecten die corona op de praktijkroute van het ROC Friese Poort heeft gehad. 

Benieuwd naar de andere portretten? 

Dit portret is onderdeel van een serie. Bekijk ook het portret van het Graafschap College: 'Zorgstudenten beter voorbereiden met wijkleercentra'

De kenmerken van de praktijkroute

Leren vanuit ervaringen werkt motiverend 

Meer tijd doorbrengen in de praktijk, heeft belangrijke voordelen, zo is de gedachte van ROC Friese Poort. Studenten willen namelijk leren vanuit hun ervaringen. Dit maakt hen nieuwgierig en spreekt hun motivatie en persoonlijke ontwikkeling aan. Studenten hebben daarbij behoefte aan persoonlijke aandacht. Zodat zij leren omgaan met persoonlijke en beroepsmatige vraagstukken in een niet-perfecte wereld. Reflectie neemt een belangrijke plaats in, hierdoor maken studenten keuzes zelfbewust en zorgvuldig. Het leren gebeurt in de context van en met betrokkenen uit de praktijk. 

Een matchgesprek, intervisie en coaching 

De praktijkroute begint met een matchgesprek tussen student, docent en werkbegeleider van de betreffende zorgorganisatie. Dit om te kijken of de student geschikt is voor ‘Leren op Locatie’. Er is aandacht voor wederzijdse verwachtingen, werkwijze en vaardigheden (leerhouding). Tijdens de opleiding wisselen studenten van afdeling of locatie wanneer zij voor dat moment zijn uitgeleerd op die plek. Ook mogen studenten maximaal één jaar op dezelfde locatie stagelopen. Dit om instellingspecifiek opleiden te voorkomen. Regelmatig vinden er intervisiebijeenkomsten, studieloopbaan- of coachingsgesprekken plaats. Studenten uit ‘Leren op Locatie’ leggen dezelfde examens af en krijgen hetzelfde diploma als studenten die de gebruikelijke onderwijsroute volgen. 

Betrokkenen en rollen

Studenten, docenten en werkveld vormen een learning community zodat ieder zich kan inzetten en ontplooien. Docent en werkbegeleider hebben beiden een coachende rol. Dit vraagt om het professionaliseren van docenten en werkbegeleiders. ROC Friese Poort ontwikkelt lesmethodes waarin ook blended learning een duidelijkere plek moet krijgen. 

De praktijkroute bij ROC Friese Poort

Momenteel doen 200 studenten aan de route mee. Het gaat hierbij om studenten van niveau 2, 3 en 4 van Dienstverlening, Verzorgende Individuele Gezondheidszorg (IG), Verpleegkunde, Sociaal Werk en Maatschappelijke zorg.

Invloed van corona  

ROC Friese Poort heeft ervaring en mooie plannen wat betreft de praktijkroute. Daarom zijn zij ook partner in het onderzoek. Maar toen brak corona uit. Wat had dat voor een invloed op studenten en docenten? 

Tijdelijk minder of andere begeleiding 

‘De lessen worden de ene week online, de andere week fysiek aangeboden’, vertelt een docent. ‘Studenten worden geconfronteerd met afdelingen die medewerkers moeten uitlenen door corona en daardoor ervaren zij tijdelijk minder of andere begeleiding. Toch ervaren we corona niet als een rem. Het heeft voor een versnelling gezorgd om naast fysiek, ook online onderwijs aan te bieden.’ Een werkbegeleider in het Antoniusziekenhuis Sneek ervaart corona wel meer als hinder. ‘Onze leerlocatie was ingenomen door een priklaboratorium. Gelukkig hadden we wel vrij snel een nieuwe locatie.’

Corona stimuleerde de proactieve houding 

‘Studenten hebben bij ons wel steeds stage kunnen lopen’, vertelt een werkbegeleider van Zorggroep Alliade Talant. ‘Wel heeft corona nu meer invloed dan in maart 2020. Zo dragen we nu allemaal mondkapjes. Dit bemoeilijkt wel de non-verbale communicatie. Individuele coachgesprekken online blijken effectiever. Het stimuleert de proactieve houding bij studenten. We merken ook dat studenten sneller een contract krijgen aangeboden.’ ‘De groepen zijn door corona gehalveerd’, vertelt een werkbegeleider van ouderen- en thuiszorgorganisatie Patyna. ‘Dit heeft als voordeel dat er meer persoonlijke, individuele contacten met studenten zijn. Daardoor kunnen we nog beter op maat coachen.’ 

Over Zorg voor de Toekomst

Het samenwerkingsverband Zorg voor de Toekomst wil praktijkroutes voor zorgopleidingen verder ontwikkelen. Gezamenlijk kijken we hoe dit vorm kan krijgen in scenario’s die we in de praktijk toetsen en vervolgens aanpassen. Zo ontwikkelen we een instrument voor praktijkroutes dat we aan mbo- en zorginstellingen ter beschikking stellen en dragen we bij aan een visieontwikkeling op een leven lang leren. Deelnemende organisaties zijn: ROC Friese Poort, Nova College, Graafschap College, ROC Nijmegen, HAN Kenniscentrum Kwaliteit van leven, ECBO en Vilans.

Wilt u meer weten of meedenken over dit onderzoek ‘Zorg voor de Toekomst’? Neem dan contact op met Karel Kans, projectleider en senior onderzoeker bij ECBO.

Deel deze pagina via:

Contactpersoon