Naar hoofdinhoud Naar footer

Passende zorg is minder ‘ik’ en meer ‘wij’

In juni 2022 kwam het Kader Passende Zorg uit. Een beweging waarmee het kabinet de zorg toekomstbestendig wil maken. Maar wat is het nu precies? We vragen het professor Jan Kremer, speciaal gezant passende zorg namens het ministerie van VWS.

Wat doet een ‘speciaal gezant passende zorg’?

‘Ik ben vanuit mijn werk als hoogleraar aan het Radboudumc gedetacheerd bij VWS om de beweging naar passende zorg te stimuleren. Dat doe ik door zoveel mogelijk het beleid rondom passende zorg te verbinden met de praktijk en door VWS te adviseren over hoe passende zorg in de praktijk te realiseren is.’

Wat is passende zorg nu eigenlijk?

‘Passende zorg is zorg die bijdraagt aan het leven van mensen. Dat vraagt een manier van samenwerken die ervoor zorgt dat iedereen die dat nodig heeft ook in de toekomst deze zorg kan krijgen. Maar ik vind de definitie van het begrip op zichzelf niet zo interessant. Het is veel interessanter wat we in de werkelijkheid te doen hebben. En dat is leren hoe we passende zorg kunnen leveren onder nieuwe omstandigheden.’

Nieuwe omstandigheden?

‘Ja. Het kan niemand ontgaan zijn dat we in 2040 op de piek van de vergrijzing zitten en dat we tegen die tijd nooit genoeg jonge mensen hebben om op dezelfde manier zorg te verlenen als dat we nu doen. Maar je kunt op twee manieren naar passende zorg kijken. Je kunt dat doen vanuit het frame van tekorten en rantsoenering. Dat het allemaal minder wordt. Of je kunt er op een manier naar kijken dat het een betekenisvolle beweging is die er voor zorgt dat we het op een nieuwe manier met elkaar gaan doen in dit land.’

Hoe bedoelt u?

‘Ik zag laatst een alarmerend plaatje uit het internationale onderzoek European Value Study (EVS). Op de vraag ‘zou u voor uw ouders willen zorgen?’ beantwoordt in Nederland slechts 16% van de respondenten die vraag met ‘ja’. Het allerlaagste percentage in Europa. Net over de grens in Duitsland beantwoordt men die vraag al met 47% ‘ja’. Dat zegt iets over ons, namelijk dat we heel veel verwachten van professionele zorg en niet vinden dat we zelf iets te doen hebben. En je mag ook veel verwachten van professionele zorg. Ik zou niet in de Verenigde Staten willen wonen waar je geen zorg krijgt als je het niet kan betalen. Maar misschien moeten we voor veel zaken minder op het stelsel steunen en meer op andere manieren voor elkaar zorgen. Dat betekent anders kijken naar zorg en met veel mensen daarover in gesprek gaan.’

Heeft u daar concrete praktijkvoorbeelden van?  

‘Er zijn zeker goede voorbeelden. Ik vind bijvoorbeeld de wijkklinieken in Amsterdam, waar verschillende partijen goed samenwerken om goede zorg te bieden, een mooi project. Of wat de burgers van het dorp Austerlitz voor elkaar hebben gekregen om voor elkaar te kunnen zorgen. En er zijn veel meer initiatieven van Nederlanders die elkaar helpen en waar het leven van mensen centraal staat.’

Maar lopen dit soort initiatieven niet tegen enorm veel regeltjes aan?

‘We lopen natuurlijk tegen allerlei belemmeringen aan. De financiële gevolgen voor aanbieders, de wet- en regelgeving over wie wat wel en niet mag doen. We moeten hier als cliënten, zorgverleners en bestuurders met elkaar uitkomen. Door bijvoorbeeld als bestuurders de regels aan te passen zodat er meer mogelijk is. Of door mensen die vooroplopen zoveel mogelijk te belonen en zo min mogelijk in de weg te zitten. Maar welke rol je ook hebt, we zitten allemaal in hetzelfde schuitje en hebben elkaar nodig. De strijd met elkaar aangaan over budgetten en dergelijken helpt niet. Zie de andere partij niet als irritant maar als interessant.’

Zullen cynici passende zorg niet blijven zien als een verkapte bezuiniging?  

‘Vanuit het negatieve frame zou je het zo kunnen zien, maar geld is eigenlijk niet het probleem, het gaat er vooral om  dat we minder handen tot onze beschikking hebben. En het water staat bij veel organisaties al aan de lippen. Als je bezuinigingen interpreteert in de zin van gedwongen ontslagen of minder tijd voor de cliënt, dan denk ik dat je het mis hebt. Want er zal de komende decennia geen baan veiliger zijn de dan een zorgbaan. En als we passende zorg op de juiste manier vormgeven, zal de cliënt juist meer ondersteuning ervaren dan nu het geval is.’

Hoe dat zo?  

‘Door eerlijker te zijn tegen onszelf dat aan het einde van je leven niet overal een pil voor is of een technische oplossing. Voor een negentigjarige kan bijvoorbeeld het oplossen van een langlopende familieruzie veel waardevoller zijn dan meer uren medische zorg. Wat dat betreft lijkt passende zorg op persoonsgericht zorg, maar er is toch één belangrijk verschil. Namelijk dat persoonsgerichte zorg zich toch vooral richt op het welbevinden van de individuele cliënt. Terwijl passende zorg daarnaast ook kijkt naar een gezonde samenleving. Het decennia van alleen het ‘ik’ is voorbij en we gaan meer naar de tijd van een betere balans met het ‘wij’.’ En ik geloof dat veel mensen, van familielid tot zorgmanager, veel kracht en zingeving zullen ervaren bij het meedoen aan deze beweging.’

Deel deze pagina via: