Van akkoord naar actie – de keynote van het ministerie van VWS
Gepubliceerd op: 04-12-2025
Van akkoord naar actie, dat is de veelbelovende titel van de keynote die tijdens de netwerkdag wordt verzorgd door Michiel Geschiere en Martin Holling van het ministerie van VWS. Actie is dan ook hard nodig in de langdurige zorg. Precies daarvoor zijn onlangs twee akkoorden gesloten. Martin Holling licht ze toe, Michiel Geschiere gaat samen met Marloes Berkelaar van Vilans in op vragen uit de zaal.
De medisch generalistische zorg van huisartsen, artsen verstandelijk gehandicapten en specialisten ouderengeneeskunde (SO) staat al langer onder druk. Het tekort aan professionals, gecombineerd met een snel ouder wordende bevolking maakt dat bestaande zorgpaden niet langer houdbaar zijn. Ook de samenleving verandert: burgers hebben andere wensen, willen meer regie en er kan soms ook meer dan voorheen.
Bekijk de keynote-sessie van het ministerie van VWS:
Vilans
Toverstokje gevonden
Ondanks dat deze uitdagingen nog steeds actueel zijn, heeft de sector zich ook ontwikkeld sinds het congres van vorig jaar. Toen zei directeur Langdurige Zorg Michiel Geschiere dat hij geen toverstokje had om alles te veranderen. Maar inmiddels heeft hij er wel een gevonden. 'De krant schrijft soms dat er niets gebeurt, maar wie naar de ouderenzorg kijkt, ziet juist grote veranderingen. Drie jaar geleden riepen we nog dat het aantal verpleeghuisplekken moest verdubbelen. Nu zien we dat de vraag verandert, juist omdat regio's anders zijn gaan werken. Het toverstokje zit in samenwerking, zowel regionaal als lokaal.'
We zien dat de vraag verandert, juist omdat regio's anders zijn gaan werken. Het toverstokje zit in samenwerking, zowel regionaal als lokaal.
Michiel Geschiere, directeur Langdurige Zorg VWS
Verbreding in het AZWA
Er is in het afgelopen jaar dus weldegelijk iets veranderd. Niet in de laatste plaats omdat er twee nieuwe akkoorden zijn gesloten. Projectleider Martin Holling vertelt waarom die akkoorden er moesten komen, naast het Integraal Zorgakkoord (IZA). 'We misten het sociaal domein in de afspraken van het IZA. Verbreding was nodig. Daarom is het AZWA gesloten, het Aanvullend Zorg- en Welzijnsakkoord.'
Het AZWA heeft twee belangrijke doelen: het verminderen van de druk op de arbeidsmarkt en het bevorderen van gelijkwaardige toegang tot ondersteuning en zorg. 'Daarvoor zijn concrete afspraken gemaakt', vertelt Martin. 'Zo moeten administratieve lasten fors omlaag, van de huidige 28–35% naar 20% van de tijd van de professional. Verder moet de beweging "naar de voorkant", met een grotere rol voor de informele zorg en het sociaal domein. Als het dan nodig is, is er de eerstelijnszorg, die het merendeel van de medische vragen kan wegnemen. Pas daarna komen de tweede en derde lijn in beeld.'
HLO: herinrichten van ouderenzorg
Verder vroeg de politiek eind vorig jaar om tot een overeenkomst op hoofdlijnen te komen, toegespitst op ouderenzorg. 'We hebben toen het Hoofdlijnenakkoord Ouderenzorg opgesteld met achttien partijen', vertelt Martin. 'De afspraken variëren van minder administratieve lasten tot een meerjarig financieel kader en herziening van de zorg met en zonder verblijf binnen de Wet langdurige zorg.'
Een opvallende beweging daarin is het creëren van één type plek in het verpleeghuis. 'Zorg met verblijf gaat altijd inclusief behandeling worden geboden. Een helder afwegingskader voor toegang tot het verpleeghuis is daarbij nodig. Het scherp definiëren van de doelgroep schept duidelijkheid en efficiëntie. Tegelijkertijd wordt verkend hoe zorg thuis meer maatwerk kan worden. Niet alles hoeft volgens een standaardpakket, zoals Volledig Pakket Thuis. We moeten veel beter kijken naar iemands sociale context.'
Zorg met verblijf gaat altijd inclusief behandeling worden geboden. Een helder afwegingskader voor toegang tot het verpleeghuis is daarbij nodig.
Martin Holling, projectleider VWS
Van papier naar praktijk
Maar hoe landen al die akkoorden in de praktijk? 'Dat vraagt om gezamenlijke uitvoering', aldus Martin. 'Zorgverzekeraars Nederland, de Seniorencoalitie, de Landelijke Organisatie Cliëntenraden en andere brancheorganisaties nemen het voortouw. VWS schept de kaders, maar de beweging moet uit de regio’s komen.'
'Daar ligt ook een rol voor Vilans', vertelt programmaleider Marloes Berkelaar. Vilans ondersteunt regionale trajecten met kennis, onderzoek en ondersteuning. 'Wat we ophalen, delen we meteen weer met het veld. Zo landen onze actieonderzoeken met de Erasmus Universiteit direct in de regio. Intussen is daar al veel bereikt. We hebben regio's onder meer ondersteund in het vereenvoudigen van verwijzingen tussen huisarts en SO, in het werken met digitale triage en bij experimenten met stepped care en buurtgerichte kernteams. Bij dat laatste kijken we nadrukkelijk naar welke initiatieven er al zijn in zorgzame gemeenschappen. Lokaal gebeurt al heel veel dat de zorg kan ontlasten, omdat mensen een betere kwaliteit van leven krijgen in verbinding met elkaar.'
Anders opleiden, anders kijken
Toch blijft één probleem hardnekkig: de tekorten aan zorgprofessionals. 'Ligt daar een taak bij de opleidingen?', is een vraag uit de zaal. 'Een beetje meer instroom in de opleidingen lost het gat niet op', zegt Michiel. 'We moeten veel beter kijken naar wie we hebben en waar die nodig zijn. Waar zit de grootste toegevoegde waarde van professionals? De SO kan zijn of haar dag vullen in het verpleeghuis, maar misschien maakt dezelfde professional elders meer impact. Dat vraagt om reflectie.'
Marloes ziet dat terug in de praktijk. 'De beroepsopvatting verschuift. Nieuwe generaties dokters leren anders kijken: wat heeft iemand nodig, wat heeft de regio nodig? Opleiding is cruciaal, niet alleen kwantitatief, maar vooral kwalitatief.'
Nieuwe generaties dokters leren anders kijken: wat heeft iemand nodig, wat heeft de regio nodig?
Marloes Berkelaar, programmaleider Vilans
Samenwerken vraagt informatie
Een terugkerend thema is informatieoverdracht. Te veel systemen, te weinig aansluiting. 'Eén systeem zou ideaal zijn', zegt Marloes. 'Er kan al meer dan mensen denken, maar de praktijk is weerbarstig.' Michiel erkent dat het zonde is dat het landelijke voorstel voor één Elektronisch Patiëntendossier (EPD) ooit is getorpedeerd. 'Dat was geen goed besluit. Nu ligt de regie versnipperd in het veld. Maar Europese kaders gaan de komende jaren wel meer richting één systeem sturen. Tegelijk blijft samenwerking op kleine schaal het beginpunt: huisarts en SO kunnen samen al veel winst boeken.'
Anders durven kijken
De rode draad is duidelijk: de toekomst van de medisch generalistische zorg ligt in het anders organiseren, anders opleiden en anders samenwerken. Geen dwingend beleid van bovenaf, maar talloze bewegingen van onderop die samen een systeemverandering vormen. 'Het toverstokje ligt in de regio', aldus Michiel. 'In mensen die durven experimenteren en anders durven kijken.'