Naar hoofdinhoud Naar footer

Zorgbestuurder Will Linssen over het grote geheim achter WonenPlus

Zorgorganisatie WonenPlus biedt - en niet zonder succes - wonen op maat aan mensen met een verstandelijke beperking en bijkomende psychiatrische of verslavingsproblemen. Een platte organisatie, waarbij de bestuurder veel vertrouwen en vrijheid geeft aan de deskundigheid van medewerkers. Hun geheim? Will Linssen: ‘De kunst is om niet te vervallen in structuur als oplossing voor angst voor incidenten.’

Er zijn veel (oudere) mensen die verstandelijke en/of lichamelijk beperkt zijn en bijkomende psychiatrische of verslavingsproblemen hebben. Deze mensen kunnen door hun problemen vaak niet terecht in een verzorgings- of verpleeghuis. Daarom heeft WonenPlus speciaal voor deze mensen een leegstaand schoolgebouw omgebouwd. Iedere cliënt heeft een eigen keuken, douche en toilet en kan gebruik maken van voorzieningen. In de begeleiding staat hun eigen regie en het zelf kunnen ervaren voorop. 

Onze mensen normaal burger laten zijn

Linssen: ‘We willen onze cliënten zoveel mogelijk normaal burger laten zijn. Met de coronacrisis hebben we bijvoorbeeld gekeken hoe we het veilig kunnen houden. Maar we hebben ook gezegd: Mensen hoeven bij ons niet binnen te blijven. Net als iedere andere burger mogen zij een ommetje maken, hun boodschappen doen en familieleden ontmoeten. De insteek van onze begeleiding is heel simpel. Hoe zou je het zelf willen hebben als je in de schoenen van de ander staat?’

Indekken werkt belemmerend

Bij WonenPlus krijgen begeleiders dan ook veel ruimte. Linssen: ‘We laten mensen hulpverlener zijn in de volle omvang. Daarbij leggen we zoveel mogelijk eigenaarschap op de werkvloer neer. De begeleiders staan immers dicht bij de cliënten en voeren het dagelijkse werk uit. Je beleid continu richten op indekken zoeken, werkt heel belemmerend. Ik wil mijn medewerkers zo min mogelijk lastigvallen met regels uit de systeemwereld. Zo blijft er namelijk meer tijd over om het werk te doen waar het werkelijk om gaat.’

Wanneer je je richt op wat er allemaal mis kan gaan

Linssen: ‘Als organisatie moet je ook lef hebben om af te wijken van het reguliere. Als WonenPlus gaan we natuurlijk niet buiten de wet rommelen. Maar wanneer je je richt op wat er mis kan gaan, dan ga je voor mensen denken. Dan ga je ze voorschrijven hoe ze moeten werken. Dan gaat de begeleider alleen nog maar doen wat hij denkt dat hij moet doen, in plaats van wat hij zelf vindt dat zou moeten. Dat werkt niet goed.’

Controledruk overal nog ontzettend groot

Linssen: ‘Bij WonenPlus hebben we al het beleid gefilterd op ‘Zorgt dit voor het centraal stellen van de cliënt?’ Dat werkt heel goed. Maar voor goede persoonsgerichte zorg is meer nodig. Ik weet dat organisaties zelf ook regels verzinnen waardoor er regeldruk ontstaat. Maar ook zorgkantoren en overheid dragen daaraan bij. De controledruk is overal nog ontzettend groot. Er wordt beleid gemaakt op incidenten. Maar ik zou zeggen: Ga niet om dat kleine groepje overtreders, nieuw beleid opstellen dat zorgt voor extra regelruk. We moeten ophouden met het generaliseren op incidenten.’

Meer weten?

Ook zorgorganisatie Ela ontdekte dat het voor goede persoonsgerichte zorg nodig is om los te komen van een angst- en beheerscultuur. Het management speelt hierbij een belangrijke rol.

Lees meer