Naar hoofdinhoud Naar footer

Bril 1: Systeeminnovaties

Laatst bijgewerkt op: 15-05-2025

Welke tools kun je gebruiken om systeeminnovaties te bevorderen? Bekijk op deze pagina een overzicht.

  1. Toekomstkompas: laat zorgorganisaties door de lens van de toekomst kijken naar het hier en nu: wat is er nodig van de huidige organisatie om toekomstbestendig te worden? Door deze nieuwe manier van kijken ontstaan vaak nieuwe oplossingen.
  2. Effectenkaart: helpt bij het ontwikkelen van een gezamenlijke en goed doordachte visie en strategie voor de beoogde veranderingen.
  3. Reflexieve monitoring in actie: biedt een oplossing om – ondanks de onzekerheden – verder te komen met fundamentele veranderingen. Het is een belangrijke manier waarmee de organisatie kan focussen op leren en bijsturen.
  4. Krachtige Werkleeromgeving (KWLO): handige kaartenset, video, workshopreeks en een inhoudelijk artikel om de organisatie te helpen ‘al doende’ te transformeren naar een lerende en innoverende organisatie.
  5. Volwassendheidsmodel: biedt inzicht over verschillende aspecten binnen een organisatie om vervolgens in gesprek te gaan hoe deze aspecten worden ervaren, waar extra aandacht voor nodig is om het lerend vermogen van een organisatie te vergroten.

Hoe haakt het aan op de beschreven bril (welk onderdeel)?

De huidige aanpak is niet meer houdbaar, het moet radicaal anders, maar hoe dat 'anders' er precies uit ziet dat weten we nog niet precies. Het ToekomstKompas laat zorgorganisaties door de lens van de toekomst kijken naar het hier en nu: wat is er nodig van de huidige organisatie om toekomstbestendig te worden? Door deze nieuwe manier van kijken ontstaan vaak nieuwe oplossingen.

Wat is het doel?

Het ToekomstKompas helpt organisaties om los te komen van de bestaande manier van denken en bestaande aannames. Zorgorganisaties kunnen om meerdere redenen het ToekomstKompas inzetten. Een doel kan zijn om een toekomstvisie en strategie te ontwikkelen. Maar een doel kan ook zijn om een bestaande visie of strategische keuzes te toetsen aan de toekomst: Zijn deze echt toekomstbestendig, gelet op alle ontwikkelingen in de zorg?

Wat is de doelgroep?

  • Bestuurders, managers, beleidsadviseurs.
  • Daarnaast kan het ToekomstKompas ook worden gebruikt om de dialoog aan te gaan met medewerkers en cliënten en samen een nieuw perspectief op de toekomst te ontwikkelen.

Wat voor soort product is het (poster, inspiratie-instrument, workshop, scholing)? Hoe zit het met de toegankelijkheid en beschikbaarheid?

  • Workshops (modulair)
  • Stap 1: uitvergroten van de uitdagingen van een zorgorganisatie zodat duidelijk is waar de opgaven liggen.
  • Stap 2: inzicht in trends en ontwikkelingen die op de zorgorganisatie afkomen de komende jaren.
  • Stap 3: ‘omdenken’: wat zijn de aannames van de zorgorganisatie rond de knelpunten en hoe kan deze die omdraaien?
  • Stap 4: richting omzetten naar acties: wat moet er gebeuren?

Organisaties die deelnemen aan het programma Waardigheid en trots voor de toekomst kunnen kosteloos gebruik maken van het ToekomstKompas.

Ondersteunende literatuur

Lees meer: ToekomstKompas: is jouw organisatie toekomstbestendig?

Hoe haakt het aan op de beschreven bril (welk onderdeel)?

Het opstellen van een Verander- en effectenkaart helpt om samen met stakeholders een beeld te krijgen beoogde effecten die nodig zijn voor toekomstbestendige zorg (wat willen we bereiken?). En gezamenlijk een aanpak te ontwikkelen om deze effecten te bereiken. De Verander- en effectenkaart biedt daarnaast een hulpmiddel voor het monitoren, leren en bijsturen tijdens de uitvoering.

Wat is het doel?

Bereiken van consensus en een gezamenlijk beeld van de beoogde veranderingen en het in gezamenlijkheid ontwikkelen van logische aanpak op daar te komen. Het gaat om een gezamenlijke theorie over de aanpak, door monitoring en leren tijdens de verandering wordt duidelijk of wat men in theorie heeft bedacht in de praktijk ook zo werkt. Door te monitoren en te leren kan men tussentijds bijstellen om de beoogde effecten te bereiken. De Verander- en effectenkaart kan ook worden gebruikt voor (interne) communicatie over de benodigde veranderingen.

Wat is de doelgroep?

Programma of projectleiders, stafadviseurs, (verander)managers

Wat voor soort product is het (poster, inspiratie-instrument, workshop, scholing)? Hoe zit het met de toegankelijkheid en beschikbaarheid?

White paper, met daarin beschrijving van werkwijze: instructies en draaiboeken voor het organiseren van bijeenkomsten voor het opstellen en valideren van de Verander- en effectenkaart en een format voor een Verander- en effectenkaart.

Hoe je gebruik je dit in de praktijk?

  • Het opstellen van een Verander- en effectenkaart bestaat uit een aantal stappen: documentenanalyse, maken van een potloodschets, bijeenkomst voor opstellen en een bijeenkomst voor validatie van de effectenkaart.
  • De Verander- en effectenkaart kan daarna worden gebruikt voor communicatie en monitorings- en verantwoordingsdoelen.
  • De kaart kan tussentijds worden aangepast op basis van voortschrijdend inzicht.

Ondersteunende literatuur

Hoe haakt het aan op de beschreven bril (welk onderdeel)?

Als je voor zo'n grote verandering staat? Hoe begin je dan? Je weet waar je naar toe wil, maar hoe de verandering precies eruit zal zien is niet van tevoren te zeggen. Daarom is het van belang om steeds te monitoren en te reflecteren op de verandering. Op basis daarvan kunnen de vervolgstappen worden bepaald. Bij Reflexieve Monitoring in Actie (RMA) ligt het accent op leren en bijsturen, gericht op structurele veranderingen (systeeminnovaties).

Wat is het doel?

RMA is een actiegerichte vorm van monitoring die zich enerzijds richt op het helder krijgen van doelen en verwachtingen op de lange termijn, en anderzijds op het in kaart brengen van factoren die het bereiken daarvan (nog) in de weg staan. Wanneer dit eenmaal duidelijk gedefinieerd is, wordt het ook mogelijk om concrete acties te formuleren, gericht op het wegnemen van barrières en het dichterbij brengen van het beoogde doel. De activiteit van monitoring zelf is niet een aparte activiteit, maar een integraal onderdeel van het veranderproces.

Wat is de doelgroep?

Projecten en programma's die zich richten op structurele veranderingen (systeeminnovaties)

Wat voor soort product is het (poster, inspiratie-instrument, workshop, scholing)? Hoe zit het met de toegankelijkheid en beschikbaarheid?

RMA bestaat uit verschillende interventies en instrumenten. Deze zijn te vinden in het handboek voor RMA: Reflexieve monitoring in actie. Handvatten voor de monitoring van systeeminnovatieprojecten - Research@WUR

Hoe je gebruik je dit in de praktijk?

Idealiter is de rol van monitor bij een aparte persoon belegd. Als Reflexieve monitor hou je enige afstand van de uitvoering van het project of programma en ondersteun je de trekkers door ze uit de waan van de dag te halen. Je organiseert collectieve reflectie en houdt de groep een leerspiegel voor door te laten zien wat er gebeurt. Door de juiste vragen te stellen agendeer je de belangrijke onderwerpen en zo grijp je in in het veranderproces.

Ondersteunende literatuur

Van Mierlo B. (2024). Reflexieve Monitoring in Actie: maatwerk voor leren en bijsturen in systeemverandering. Beleidsonderzoek Online 2024 doi: 10.5553/BO/221335502024017

Hoe haakt het aan op de beschreven bril (welk onderdeel)?

Bril 1 gaat over systemische transformatie waarbij organisatieverandering op de lange termijn en een cultuur van leven lang ontwikkelen worden gerealiseerd. Het concept van KWLO omvat 13 nauw met elkaar samenhangende principes. Door die principes alle 13 te kennen en voor al die 13 principes ook allemaal aandacht te hebben én te houden, kan de gewenste systemische transformatie naar een organisatie met een LLO-cultuur verantwoord plaatsvinden.

Bril 2 gaat over veranderen én draaien van de organisatie en de dynamiek tussen die beide die vraagt om oplijnen, adaptiviteit en samenwerking in de dagelijkse praktijk van zorg en welzijn. Het concept van KWLO biedt de mogelijkheid om op één of meerdere van de 13 ontwerpprincipes directe actie te ondernemen, zonder het grotere geheel uit het oog te verliezen. KWLO is dus bedoeld om te transformeren ‘met de winkel open’.

Bril 3 richt zich op het benutten van elkaars ervaringen, kennis en data (evidence based-praktijken), nodig voor goede en efficiënte zorg. Gemankeerd leiderschap, gebrek aan tijd en een nadruk op korte termijn oplossingen staan dat benutten van kennis nog veelal in de weg. Bouwen aan reflectieve zorgteams met een sterke en positieve leercultuur onder robuust leiderschap is essentieel voor de integratie van innovaties in de dagelijkse praktijk. Het concept van KWLO omvat 13 ontwerpprincipes, waarvan er een aantal direct gerelateerd is aan bijvoorbeeld het benutten van kennis, het creëren van nieuwe kennis, reflectie en feedback en leergericht leiderschap.

Wat is het doel?

Doel van KWLO (concept, kaartenset, workshopreeks en artikel) is om organisaties te helpen ‘al doende’ te transformeren naar een lerende en innoverende organisatie met een sterke en positieve LLO-cultuur in reflectieve zorgteams en onder robuust en leergericht leiderschap.

Wat is de doelgroep?

Zorgprofessionals, kwaliteitsmedewerkers, opleiders, HRM/HRD en (team)managers van (zorg)organisaties. De inzichten zijn echter zeker ook bruikbaar voor professionals in andere (zorg)organisaties!

Wat voor soort product is het (poster, inspiratie-instrument, workshop, scholing)? Hoe zit het met de toegankelijkheid en beschikbaarheid?

Het concept KWLO bestaat nu uit een rapport, een artikel en een video waarin het KWLO-model wordt toegelicht. Er is ook een handige Kaartenset en we werken aan een workshopreeks – met een veelheid aan ‘kennissnacks’ – waarin we de 13 KWLO-principes verder verdiepen.

Hoe je gebruik je dit in de praktijk?

Rapport, artikel en video lees en kijk je om een beeld te krijgen van de 13 KWLO-principes en de achtergronden ervan. De KWLO Kaartenset gebruik je met een team om het gesprek aan te gaan over de 13 ontwerpprincipes en een eerste beeld te krijgen van waar het team of de organisatie staat op elk van de 13 principes.

De workshopreeks met de kennissnacks – is nog in ontwikkeling – is bedoeld om meer inzicht te krijgen in de KWLO-principes zelf en de onderliggende theorie. En om in de dagelijkse praktijk ook oefeningen te doen met de principes. Per principe zijn er steeds 3 tot 9 kennissnacks. Dat zijn meestal korte artikelen, podcasts of YouTube-filmpjes in het Engels en Nederlands. Deelnemers worden telkens uitgedaagd om tussen de workshops in zelf ook ‘iets te doen’ met wat ze geleerd hebben van de snacks.

Ondersteunende literatuur

Hoe haakt het aan op de beschreven bril (welk onderdeel)?

Om als organisatie te kunnen veranderen, om succesvol te innoveren of om continu te kunnen leren en verbeteren is het nodig om goede voorwaarden te hebben om zaken te kunnen signaleren en te kunnen leren van de veranderingen die je doorvoert. Dit organisatiemodel laat zien dat dit aspecten betreft die betrekking hebben op de cultuur en de structuur van de organisatie.

Wat is het doel?

Het is nuttig om naar de ontwikkeling van een lerende organisatie te kijken vanuit een volwassenheidsmodel waarbij de organisatie groeit als op alle aspecten vooruitgang wordt geboekt. Dit model kan helpen om hierover in de organisatie in gesprek te gaan: hoe worden de verschillende aspecten die van belang zijn voor leren en innoveren ervaren en waaraan moet men extra aandacht besteden om het lerend vermogen van de organisatie te vergroten?

Wat is de doelgroep?

Bestuur, beleid en management, medewerkers die betrokken zijn van leren en innoveren in de organisatie

Wat voor soort product is het (poster, inspiratie-instrument, workshop, scholing)? Hoe zit het met de toegankelijkheid en beschikbaarheid?

Praatplaat/poster

Hoe gebruik je dit in de praktijk?

Het model (de plaat) kan worden gebruikt om gezamenlijk in gesprek te gaan over hoe de verschillende aspecten in de organisatie worden ervaren. De achterliggende informatie geeft meer inzicht in hoe deze aspecten er in de praktijk uitzien en wat het belang ervan is voor leren en innoveren.

Ondersteunende literatuur

Van den Berg B., van Biessum C. & Scheffelaar A. Leren van verhalen. Een narratief onderzoek naar lerende organisaties in de verpleeghuissector. Utrecht, Vilans 2024.

Deel deze pagina via:

Stel je vraag aan